Veelgestelde vragen
Algemeen
Fossiele brandstoffen, die we nodig hebben voor het opwekken van elektriciteit en gas, raken op. Duurzame alternatieven zijn dus hard nodig. Het is tijd om van fossiele brandstoffen over te gaan naar duurzame energiebronnen. De gevolgen van klimaatverandering zijn nu al merkbaar en dat wordt de komende jaren alleen maar erger. Het is daarom van belang om nu maatregelen te nemen om erger te voorkomen. Gemeente Leudal wil graag haar steentje bijdragen aan de afspraken uit het Nationale klimaatakkoord om de opwarming van de aarde tegen te gaan.
Om fossiele brandstoffen te vervangen zullen we in de toekomst meer elektriciteit gaan gebruiken voor elektrische rijden, ons huis te verwarmen enzovoort. Het opwekken van duurzame energie gaat op dit moment het beste met wind- en zonne-energie. Ook worden er veel grote windmolens in zee geplaatst.
Dat is zeker niet het geval. De gemeenteraad heeft een energiekansenkaart opgesteld en op basis van die kaart zijn er maar een beperkt aantal gebieden aangewezen, die op basis van het landschap en de natuur geschikt zijn voor de grootschalige opwekking van energie.
Uitgangspunt is dat alle geschikte daken worden vol gelegd met zonnepanelen om 50% energie te besparen. Dan zijn er ongeveer 17 windmolens en 100 ha zon op land nodig in Leudal. Als het energiebesparen op deze manier niet lukt dan zijn er meer windmolens en zon op land nodig.
Om onze doelstelling te behalen, is het van belang om energie te besparen én energie op kleine en grote schaal op te wekken. Energie kan op kleine schaal worden opgewekt door bijvoorbeeld het plaatsen van zonnepanelen op daken. Er is alleen te weinig dakoppervlakte beschikbaar in onze gemeente om genoeg energie op te wekken. Als we wachten totdat alle daken zijn vol gelegd dan gaat het te lang duren en dan zijn we te laat om de klimaatverandering nog te stoppen.
Aardgas is ook een fossiele brandstof en de aardgaswinning in Groningen zorgt voor aardbevingen. Daarom is besloten dat Nederland in 2050 volledig van het aardgas af is. Elke gemeente maakt daar een plan voor. Dat heet de ‘Transitievisie Warmte’. Samen met inwoners wordt er onderzocht hoe ook Leudal van het aardgas af kan.
Is een aardgasvrije oplossing wel zo groen als ze zeggen? Hoe wordt de nieuwe energie opgewekt, wordt hier niet óók aardgas voor gebruikt?
In Nederland wekken we helaas nog veel te weinig duurzame energie op. We bungelen onderaan de statistieken van Europese landen. Steenkoolcentrales zijn of worden snel gesloten, dus dat scheelt alvast. Maar het merendeel van de elektriciteit komt inderdaad nog steeds van gascentrales. Dit gaat de komende 10-20 jaar hopelijk wel snel veranderen.
Wel belangrijk om te weten is dat een huis verwarmen met elektriciteit opgewekt door een gascentrale nog altijd veel efficiënter is qua totaal gasverbruik, dan een huis direct verwarmen met aardgas. Dat komt omdat moderne gascentrales een hogere energie-conversie ratio hebben dan hr-ketels (gemiddeld 1,36 tegenover 0,96).
Hoe denken we de energietransitie te gaan realiseren? Het zal niet alleen een kwestie zijn van de gaskraan dichtdraaien
De warmtetransitie naar een aardgasloze toekomst duurt nog tot 2050 en misschien wel daarna. Een langetermijnvisie van de gemeente op de warmtetransitie is dan ook erg belangrijk. Leudal werkt momenteel, net als alle andere gemeenten, aan de Transitievisie Warmte. Deze moet elke gemeente nog in 2021vaststellen als onderdeel van het Nationaal Klimaatakkoord.
In deze visie komt te staan welke alternatieve strategieën het meest kansrijk zijn, en welke kernen voorrang krijgen bij de overstap en welke kernen langer nodig hebben. Echter, lokaal draagvlak en bewonersinitiatieven vormen ook een belangrijke factor hierin. In het voorjaar van 2021 hebben we in 6 kernen (Kelpen-Oler, Buggenum, Heythuysen-Zuid, Roggel, Baexem en Nunhem) een bewonersspel uitgezet genaamd ‘HIER begint het’ i.s.m. klimaatorganisatie HIER opgewekt. Hierin werden de inwoners uitgedaagd om na te denken over energiebesparing en de overstap naar een andere warmtebron in je eigen huis.
Samenwerking in klankbordgroepen zou de gemeente van belangrijke input voorzien in de ontwikkeling van een gezamenlijke visie.
Als ik binnenkort mijn cv-ketel moet vervangen, welke verwarmingsbron moet ik dan kiezen?
Dat ligt aan het type huis dat je hebt. Een zeer goed geïsoleerd huis (label A of beter) kan al overgaan op een warmtepomp. In andere gevallen zou de prioriteit moeten liggen bij beter isoleren. Een goede optie is om naast een nieuwe hr-ketel, ook een hybride warmtepomp te laten plaatsen. Deze bespaart ook veel energie. Een veilige keuze is altijd om advies te vragen aan een energiecoach. Leudal Energie levert onafhankelijke energiecoaches die graag helpen. Via de gemeente kun je bovendien een gratis energiescan aanvragen: https://www.leudal.nl/subsidie-voor-uitvoeren-energiescan
In de Duurzaam Leudal pop-up store (Dorpstraat 51 in Heythuysen), geopend van 14.00 tot 18.00 uur op vrijdag, kun je ook terecht voor onafhankelijk advies, inclusief toegang tot een financieel adviseur van de Rabobank.
Een lucht-luchtwarmtepomp is een relatief goedkope en handige manier om je energiekosten te drukken. Waarom wordt hier geen subsidie op gegeven?
Vaak gaat het hierbij om airco’s, die als nevenfunctie hebben dat ze ook kunnen verwarmen. Maar omdat koelen hun hoofdtaak is, wordt hier geen subsidie op gegeven omdat dit tot ‘extra’ energieverbruik zou leiden.
In de toekomst wordt koelen, naast verwarmen van huizen, echter steeds belangrijker met de toenemende opwarming van de aarde en meer extreme temperaturen. Dus de verwachting is dat bij het vaststellen van toekomstige subsidieregelingen ook gekeken gaat worden naar maatregelen die je huis op een duurzame manier kunnen koelen.
Is het mogelijk dat er vanuit de gemeente een onafhankelijke adviseur kan worden geregeld die objectief kan bekijken of een warmtepomp geschikt is in je huis?
De energiecoaches van Leudal Energie zijn volkomen onafhankelijk van de gemeente. Een energiescan is dit jaar (2021) nog volledig gratis.
Hoe kan mijn dorpskern voordelig gebruik maken van energie die wordt opgewekt door een lokale coöperatie?
Leudal Energie, de lokale energie coöperatie, voorziet in die behoefte door bijvoorbeeld postcoderoos projecten te starten, waarbij inwoners samen geld inleggen om zonnepanelen te plaatsen op bijvoorbeeld het dak van een loods of bedrijf. Ook kan men door lid te worden, profiteren van lokaal opgewekte stroom tegen gunstige tarieven. Bovendien is er de mogelijkheid om te investeren en mede-eigenaar te worden van toekomstige projecten voor het opwekken van duurzame energie, zoals een zonnepark in Nunhem waar concrete plannen voor liggen.
Hoe gaan woningscorporaties dit aanpakken? Wat is hun plan? Hoe gaan ze dit de komende jaren realiseren?
Woningcorporaties zoals Wonen Zuid zijn al heel hard bezig met verduurzamen. De meeste woningen in hun woningbestand hebben al minimaal energielabel B, en alle anderen minstens D. Bovendien zijn ze ook veel bezig met het plaatsen van zonnepanelen. Als het aankomt op de overstap naar aardgasloos, zijn ze ook afhankelijk van de plannen van de gemeente voor de betreffende buurt. De gemeente heeft dan ook de regierol in de transitie naar aardgasloos.
Het kan wel zo zijn dat, als er vanuit het Rijk grote bedragen beschikbaar komen voor woningcorporaties voor bijvoorbeeld het plaatsen van warmtepompen, zij dit in overleg met huurders al zelfstandig gaan doen.
Hoe veilig is biogas (b.v. methaan)?
Voor het verwarmen van huizen via de gasleiding wordt altijd gebruik gemaakt van hetzelfde type laagcalorisch gas. Biogas gewonnen uit biologische restproducten zoals gft-afval en mest moet altijd eerst opgewerkt worden tot zogenaamd groengas. Hierbij wordt een deel stikstof eruit gehaald, zodat het moleculair gezien dezelfde waarden heeft als aardgas. Dan pas kan het bijgemengd worden in het aardgasnet. Groengas is dus even veilig (want hetzelfde) als aardgas.
Wat betreft methaan- en propaantanks los van het gasnet, dat is een heel ander verhaal.
Er gaan links- of rechtsom veel meer mensen verwarmen met een warmtepomp. Is het lokale elektriciteitsnet daar wel robuust genoeg voor?
Nee. Er is nu amper ruimte om de geplande zonneparken aan te sluiten op het net, via het verbindingspunt in Helden. In overige delen van de gemeente is er nu al geen ruimte op het net meer. Dit betekent dat slechts mondjesmaat mensen een warmtepomp kunnen aanschaffen, zoals het nu gaat. De verbinding met zonnepanelen op dak via een accu naar de warmtepomp en/of oplaadpunt voor elektrische auto zou wel nog wat meer ruimte mogelijk maken.
Maar beter nog is het als er veel grotere accu’s/opslagruimte komt, bijvoorbeeld via een zoutkolom. Als we daar onze windmolens op aansluiten, kunnen daar meerdere kernen gebruik van maken. Op termijn lijkt het echter ook onvermijdelijk dat het elektriciteitsnet van Nederland op grote schaal verbreedt moet worden. Dit vergt een enorme investering van de overheid, maar het is wel nodig.
Warmtepompen schijnen een geluid te maken dat niet goed is voor je gezondheid, hoe zit dat?
Berichten hierover staan in diverse nieuwsmedia. In deze nieuwsberichten gaat het in bijna alle gevallen om nieuwbouwplannen, die niet door kunnen gaan of worden opgehouden door bezorgde omwonenden. Een enkele warmtepomp mag maximaal 40 decibel produceren, en alle moderne apparaten voldoen hieraan. Het wordt pas een probleem als op een relatief klein oppervlak veel warmtepompen bij elkaar worden geplaatst, en zo de cumulatieve grenswaarden overschreden worden. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij een appartementencomplex, waarbij elk appartement zijn eigen lucht-water warmtepomp krijgt. Veel warmtepompen bij elkaar produceren dan teveel geluid, en daar kunnen mensen inderdaad last van krijgen.
In Leudal is hier vooralsnog geen sprake van, omdat hier dorpen liggen met een bijna overal lage woningdichtheid, en er zijn geen grote nieuwbouwplannen waarbij elk huis een eigen warmtepomp krijgt. Als in een straat enkele vrijstaande of twee-onder-een-kap huizen een warmtepomp plaatsen, is er geen risico op geluidshinder.
Voor de toekomst zou dit wellicht wel een issue kunnen worden, als bijvoorbeeld een straat met vooral rijtjeshuizen en appartementen allemaal tegelijk overstappen op een warmtepomp als onderdeel van een opgezet wijkplan. Hier moeten we dan rekening mee houden. Echter, de verwachting is dat de verdere doorontwikkeling van warmtepompen de komende jaren zorgt voor niet alleen kleinere en meer energiezuinige systemen, maar ook pompen die minder geluid maken. Dit probleem valt dan weg.
Isoleren & Besparen
Om te komen tot een aardgasloos Leudal en verder te verduurzamen zijn steeds meer inwoners, bedrijven, woningbouwcorporaties en de gemeente woningen en gebouwen aan het isoleren. Isolatie verbetert het wooncomfort, verlaagt energiekosten en draagt bij aan de vermindering van de CO2 uitstoot.
Wist u dat vleermuizen vaak in de spouwmuur verblijven, en onder dakpannen? Dit zelfde geldt ook voor gierzwaluwen en huismussen. En wist u dat het merendeel van de woningen en gebouwen verblijfplaatsen bevatten van één of meerdere van voornoemde en andere soorten?
Bij het isoleren van woningen en gebouwen (ook bij andere verduurzamingsmaatregelen én verbouwing) sterven deze dieren vaak of raken gewond, en wordt hun verblijfplaats of schuilplaats vernietigd.
Vanuit de Omgevingswet is het verplicht om soorten te beschermen en populaties in stand te houden . Dat heet de zorgplicht. Deze wet verbiedt het vernietigen, doden en verwonden van beschermde dier- en plantensoorten en het wegnemen van hun verblijfplaatsen.
Vóórdat de woning geïsoleerd mag worden, moet er daarom eerst een ecologisch onderzoek uitgevoerd worden. Dit kost een hoop tijd en geld.
Om inwoners, bedrijven en woningcorporaties te ondersteunen en te ontlasten vraagt Gemeente Leudal een gebiedsgerichte ontheffing aan. Dit betekent dat voor de bebouwde kom van alle zestien kernen in gehele gemeente een ecologisch onderzoek wordt uitgevoerd. Er worden maatregelen getroffen op gebiedsniveau. Dit wordt beschreven in een soortenmanagementplan (SMP).
Het opstellen van een SMP duurt zo’n twee jaar . Dit is inclusief voorbereiding en afhankelijk van verschillende factoren. Het plan wordt ingediend bij provincie Limburg.
Op basis van het SMP kan de provincie vervolgens een gebiedsgerichte ontheffing afgeven voor een periode van tien jaar.
Dit houdt in dat individueel niet meer een losse ontheffing voor het isoleren hoeft te worden aangevraagd, maar dat inwoners, bedrijven, woningbouwcorporaties en gemeente een beroep kunnen doen op deze gebiedsgerichte ontheffing.
Er zijn meerdere ontwikkelingen gaande op het gebied van isolatie en beschermde soorten. Hoe alles zal uitkristalliseren, is nu nog niet helemaal duidelijk.
Een aantal soorten vleermuizen zoals de gewone dwergvleermuis en laatvlieger zijn net zoals de vogelsoorten gierzwaluw en huismus gebouwgebonden soorten. Dit betekent dat deze soorten afhankelijk zijn van de mens, ze verblijven namelijk vooral in gebouwen gemaakt door de mens. Gierzwaluwen hebben bijvoorbeeld hun nest onder dakpannen, een gat in de muur of onder de dakgoot en huismussen broeden vaak onder dakpannen en in gaten en kieren van gebouwen. Zo bevinden vleermuizen zich vaak in de spouwmuur, achter gevelbetimmering en daklijsten. Deze nestplaatsen, rustplaatsen en verblijfsplaatsen zijn beschermd.
De gierzwaluw, huismus en vleermuizen zijn insecteneters! Zo eet bijvoorbeeld de gewone dwergvleermuis ongeveer 1000 insecten per nacht! Op jaarbasis eet een kolonie dwergvleermuizen in een wijk gezamenlijk al snel 14,7 miljoen insecten, waaronder veel muggen! Kun je je voorstellen wat dat een hoop muggenbulten bespaart, of gezoem bij je oor als je met een zomeravond gezellig buiten zit, óf wilt gaan slapen. Ook eten vleermuizen veel insecten die schade aan landbouwgewassen toebrengen, het zijn dus biologische gewasbeschermer.
Huismussen eten naast insecten en hun larven ook zaden, granen en bessen. In de broedperiode (eind maart tot in augustus) eten ze voornamelijk insecten, de periode dat wij graag buiten zitten! Ook de jongen van de huismus eten met name insecten zoals bladluizen, muggen en vliegen. Dit geldt ook voor de gierzwaluw, hun voedsel bestaat uit vliegende insecten waaronder muggen en (zweef)vliegen. Per dag kan een gierzwaluwgezin tot wel ongeveer 20.000 insecten eten. Voor hun jongen verzamelen ze tot wel driehonderden insecten per keer in een voedselbal die dan aan de jongen wordt gevoerd.
Wil je meer weten over deze belangrijke soorten, kijk dan eens op:
Het is inderdaad belangrijk om in te zetten op energiebesparing. De gemeente doet dat met de campagne ‘Energiebesparen’, waarom niet’. Het betekent dat we met zijn allen minder energie moeten gebruiken en dat is ook geen eenvoudige opgave. Het energiegebruik tot nul terugbrengen dat gaat niet, dus duurzame energie is altijd nodig. Maar alle energie die we besparen hoeven we niet zelf op te wekken.
Hoe kunnen we eventueel een gezamenlijke inkoop organiseren, liefst met nog meer bewoners uit alle kernen in Leudal, om de kosten zo laag mogelijk te houden?
Leudal Energie, de lokale energiecoöperatie, kan hierbij een rol spelen door van te voren hun energiecoaches elke deelnemende woning te laten analyseren en een technisch overzicht te maken van de te verwachten besparingen op de energierekening. Ook kan de gemeente helpen bij het aanvragen van subsidie, voor grootschalige verduurzaming/renovatie bestaat namelijk een extra pot.
Ik wil/moet over uiterlijk 10 jaar de dakpannen vervangen en dan ook zonnepanelen aanbrengen; kan ik mijn huis dan elektrisch verwarmen, bijvoorbeeld met elektrische verwarming?
Een warmtepomp of elektrische cv-ketel is pas echt rendabel als het huis goed geïsoleerd is. Denk aan vloerisolatie, HR++ glas en dakisolatie. Een elektrische cv-ketel verbruikt bovendien meer elektriciteit en is pas echt rendabel met zonnepanelen op het dak. In dit geval zou een warmtepomp of elektrische cv-ketel dus een optie kunnen zijn, mits het energielabel dus goed genoeg is. Wellicht is het een optie om meteen met het vervangen van de dakpannen ook dakisolatie aan te brengen, als dat er niet al lag.
Het begint met het beter isoleren van gebouwen, maar ook met het minder kopen en weggooien van nog bruikbare spullen. De campagne ‘Duurzaam Leudal’ richt zich op adviseren en helpen van inwoners. Die kunnen bij het Energie Advies Centrum in Roggel (Markt 6) advies inwinnen bij de energiecoaches van Leudal Energie. Daarnaast moeten ook bedrijven minder energie gaan verbruiken. Daar zal meer toezicht op worden gehouden door de Regionale Uitvoerings Dienst (RUD).
Bewoner
Geluid
Warmtepompen en airco’s maken geluid. Dat is ook vaak negatief in het nieuws geweest. Om te voorkomen dat de buren last krijgen van uw airco en warmtepomp, zijn er een aantal regels en richtlijnen.
Wettelijke geluidsnorm
Volgens de wet mogen buitenunits van airco’s en warmtepompen ’s nachts ten hoogste 40 dB(A) aan geluid veroorzaken. Overdag is die grens iets hoger, op 45 dB(A). De gemeente moet hier toezicht op houden.
Overlast: dat willen we voor zijn
Vooraf een geluidsberekening maken voorkomt problemen achteraf
Om de geluidsbelasting op de perceelsgrens vóóraf te kunnen berekenen heeft de rijksoverheid een rekentool gemaakt.
Voordat u de airco of warmtepomp plaatst, moet u de installateur vragen om een berekening te maken. Dit geldt ook als uw airco of warmtepomp (bouw)vergunningsvrij mag worden geplaatst. Als uw installateur hierover een andere mening heeft kunt u hem naar de gemeente verwijzen. U kunt ook een deskundige inschakelen.
Bij klachten
Uw buren kunnen het geluid van airco, of warmtepomp als storend ervaren. Meestal lukt het buren wel om dit samen op te lossen. Maar als u er samen niet uitkomt, dan kunnen de buren melding doen van geluidsoverlast bij de gemeente. Buurtbemiddeling kan u ondersteunen om het gesprek met uw buren aan te gaan.
Wanneer er klachten zijn over het geluid van airco’s, of warmtepompen, vraagt de gemeente de genoemde berekening bij u op. Als aannemelijk is dat het geluid op de perceelsgrens met uw buren onder de norm blijft, gaat de gemeente ervan uit dat de berekening klopt.
Maar wanneer u géén juist ingevulde berekening kunt overleggen, dan zult u bij geluidsklachten een professionele geluidsmeting moeten laten uitvoeren volgens de wettelijke richtlijnen.
Als uit de meting blijkt dat de geluidsnorm wordt overschreden, zal de gemeente u verplichten om het geluid op de perceelsgrens onder de norm te brengen. Dus 45 dB(A) overdag en 40 dB(A) ‘s nachts
Landelijk is het streven om in te zetten op 50% lokaal eigendom van energieprojecten. Een goed voorbeeld zijn de nieuwe windmolens in Heibloem en De Kookepan in Neer. Deze zijn 100% eigendom van de leden van de energie coöperaties Zuidenwind en Leudal Energie. De leden van de coöperaties en de omgeving profiteren maximaal van de opbrengsten van de windmolens.
Wat zijn de kosten om een huis over te zetten naar aardgasvrij?
Dat verschilt per huis en per gekozen strategie. Huizen die al heel goed geïsoleerd zijn, zijn het makkelijkst en goedkoopst om aardgasvrij te maken.
Als een huis bijvoorbeeld energielabel A heeft of beter, en al beschikt over vloerverwarming, kan er gedacht worden aan een warmtepomp. Er hoeft dan relatief weinig meer te veranderen in het huis, behalve het verwijderen van de cv-ketel en het installeren van de warmtepomp zelf. Met subsidie erbij gerekend, hoeft dit niet meer dan 5.000 euro te kosten. Dit heb je bovendien binnen een aantal jaar weer terugverdiend door minder gaskosten. Vooral nieuwere huizen komen hiervoor in aanmerking.
Voor oudere, vaak minder goed geïsoleerde woningen is het moeilijker en duurder om een warmtepomp te plaatsen. Deze moeten dan eerst beter geïsoleerd worden, en worden voorzien van vloerverwarming. De kosten lopen dan al snel op, zeker bij grotere vrijstaande huizen.
Voor deze huizen is daarom een alternatieve strategie beter: een hybride warmtepomp of lucht-lucht warmtepomp bijvoorbeeld, gecombineerd met groengas.
Toch loont het om ook in deze huizen nu al stappen te zetten wat betreft energiebesparing. Stap voor stap beter isoleren en energie-armere apparaten gebruiken levert geldbesparing op en zorgt ervoor dat huizen op middellange termijn aardgasvrij-ready worden gemaakt.
Wie gaat wat betalen en wanneer?
Hier is nog veel onduidelijk over. De regering moet hier snel keuzes over maken. Er moet in ieder geval veel meer geld geïnvesteerd worden in de warmtetransitie als we de doelstellingen van volledig aardgasloos in 2050 en 20% aardgasloos in 2030 willen halen.
Het is wel al duidelijk dat gemeenten het geld missen om alle plannen die ze nu aan het maken zijn te kunnen betalen. Gemeenten moeten dus extra geld krijgen voor de energie- en warmtetransitie, en dit geldt ook voor de netbeheerders, die de komende jaren het elektriciteitsnetwerk moeten uitbreiden. Dit gaat uiteindelijk allemaal om gemeenschapsgeld dat we via belastingen betalen.
Er moeten hier bovenop nog steeds particuliere investeringen gedaan worden om je eigen huis aardgasvrij te krijgen. In welk tempo dit gebeurt is aan bewoners zelf. Overheden kunnen dit slechts stimuleren via subsidies, leningen enzovoorts.
Hoe kunnen we samen tegen zo laag mogelijke kosten aardgasvrij gaan leven?
We zijn bij het overstappen naar een aardgasloos alternatief altijd op zoek naar de oplossing met de laagste eindgebruikerskosten. Dit verschilt per kern, maar voor de meeste kernen in Leudal geldt dat het voordeligste alternatief is om het gasnet in gebruik te houden en groengas als transitiebrandstof in te zetten (met waterstof op langere termijn als oplossing). Voor de kern Nunhem zou een collectieve warmte-opslag ook relatief voordelig kunnen zijn. Desalniettemin blijft het voor sociale minima heel moeilijk om grote stappen te zetten, want deze zijn het duurst. Voor hen blijft energiebesparing daarom voorlopig het motto, dit levert bovendien ook nog eens geld op.
Verdere stappen kosten meer geld, en daarvoor zijn we vooral afhankelijk van toezeggingen vanuit de nationale overheid. De regering moet over de brug komen met extra financiële middelen om onze plannen ook daadwerkelijk uit te kunnen voeren. Bij het inzetten van die middelen hebben we zeker oog voor huishoudens met weinig financiële mogelijkheden. Te denken valt aan speciale subsidies gericht op deze doelgroep.
Vallen er niet veel mensen buiten de boot?
Bij sommige investeringen in duurzame maatregelen in je huis is het zo dat je wel een bepaald bedrag gespaard moet hebben. Ook met subsidies erbij is niet voor alle woningeigenaren haalbaar om bijvoorbeeld dak- of vloerisolatie, vloerverwarming of een warmtepomp aan te schaffen. Dit kost vaak meer dan 5.000 euro.
Om deze reden zijn er ook aantrekkelijke leenopties ontwikkeld, bijvoorbeeld de Duurzaam Thuis-lening van de provincie Limburg tegen een zeer lage rente. Als je dit geld investeert in zonnepanelen, een warmtepomp of dak- of vloerisolatie, houd je in de meeste gevallen al in de eerste maand meer geld over op je bankrekening doordat de lagere energiekosten meer bedragen dan de maandelijkse aflossing. Dit moeten mensen dan wel weten. Meer informatie kun je vinden op; www.duurzaamthuislimburg.nl.
Sociale minima kunnen soms ook geen geld lenen. In de praktijk blijkt echter dat dit vooral bewoners zijn van sociale huurwoningen. In deze woningen zorgen de woningcorporaties voor de benodigde verduurzamingsmaatregelen.
Het blijft wel nog steeds nodig om bij toekomstige maatregelen rekening te houden met mensen met een kleine beurs. Er zou bijvoorbeeld gedacht kunnen worden aan een aparte regeling voor oude, slecht geïsoleerde huizen in wijken, waarvan we weten dat er mensen wonen met een gemiddeld laag inkomen. Dit zal dan vooral van het Rijk moeten komen, als er door de nieuwe regering straks nieuwe maatregelen worden ontworpen.
De gemeente zelf doet nu al het nodige door de gelden die zijn vrijgekomen in de RRE- en RREW regelingen (regeling reductie energieverbruik), vooral te richten op mensen die het nu moeilijk vinden om te investeren in energiebesparing. Denk aan de subsidie voor een gratis energiescan, of vanaf het najaar 2021 vouchers voor energiebesparende artikelen.
Hoe zorgt de gemeente ervoor dat ook mensen met een smalle beurs en/of die laaggeletterd zijn worden bereikt?
De campagne ‘Energie besparen. Waarom niet?’ is gericht op een brede doelgroep, namelijk alle mensen die bezig zijn met nadenken over wat ze kunnen doen in hun eigen huis aan zowel duurzaamheid als kostenbesparing. Hiermee proberen we ook mensen met een smalle beurs tegemoet te komen door het verstrekken van een subsidie voor een gratis energiescan, warmtescan of zonnepanelenscan.
We gaan dit jaar (2021) ook nog aan de slag met het uitdelen van gratis energiebespaarpakketten, en we hopen in het najaar een vouchersysteem op te zetten, waarbij mensen korting krijgen op energiebesparende producten.
Het inrichten van een pop-up store voor energiebesparing op de Dorpstraat van Heythuysen (in het oude Rabobankpand), de meest bezochte straat van Leudal, moet ook helpen mensen aan te spreken. We realiseren ons wel dat we niet alle mensen kunnen bereiken met de middelen die tot onze beschikking staan. We kunnen geen zendtijd inkopen op Nederland 1 of in de Telegraaf. We blijven afhankelijk van hoeveel mensen onze website bezoeken, berichten op sociale media volgen, advertenties in lokale kranten enzovoort.
In hoeverre gaat de gemeente gezinnen die dat niet kunnen betalen helpen met de vervanging van gas?
We zijn bij het overstappen naar een aardgasloos alternatief altijd op zoek naar de oplossing met de laagste eindgebruikerskosten. Desalniettemin blijft het voor sociale minima heel moeilijk om grote stappen te zetten, want deze zijn het duurst. Voor hen blijft energiebesparing daarom voorlopig het motto, dit levert hen bovendien ook nog eens geld op.
Verdere stappen kosten meer geld, en daarvoor zijn we vooral afhankelijk van toezeggingen vanuit de nationale overheid. De regering moet over de brug komen met extra financiële middelen om onze plannen ook daadwerkelijk uit te kunnen voeren.
Bij het inzetten van die middelen hebben we zeker oog hebben voor huishoudens met weinig financiële mogelijkheden. Te denken valt aan speciale subsidies gericht op deze doelgroep.
Gaat de gemeente zorgen voor subsidie?
De meeste subsidies zijn beschikbaar op nationaal niveau, zoals de ISDE-regeling. Dit blijft ook zo in de toekomst. Maar de provincie heeft bijvoorbeeld de Duurzaam Thuis Lening, en de gemeente Leudal verstrekt subsidies voor een gratis energiescan. Later dit jaar volgt een vouchersysteem, waar we tegen die tijd over zullen communiceren.
Toekomstige subsidies hangen vooral af van politieke keuzes die op nationaal niveau gemaakt worden, dit maakt de komende kabinetsformatie ook erg belangrijk. Gemeentes zijn voor een groot deel afhankelijk van toelages van het Rijk.
Huiseigenaren kunnen subsidie ontvangen, maar in hoeverre is dit bekend en is men bereid om aanpassingen te doen? En wanneer dan?
Bekendheid is inderdaad een belangrijk punt, zie ook antwoord hierboven onder ‘Kosten’. Onderaan deze pagina staat een overzicht met de belangrijkste webpagina’s waar je terecht kunt voor meer informatie
Ontwikkelingen
Waterstof is voorlopig nog geen realistisch alternatief voor aardgas. Eerst moet het op grote schaal geproduceerd gaan worden. Hier is veel extra elektriciteit voor nodig, dus ook extra windmolens en zonneparken. Daarna kan het als eerste gebruikt worden voor zware industrie en transport, waar geen alternatieve brandstoffen zijn voor olie en aardgas dan waterstof.
Vervolgens wordt er gekeken hoeveel extra waterstof we kunnen produceren om ook de gebouwde omgeving (huizen en maatschappelijk vastgoed) te gaan verwarmen. Dit is echter pas op zijn vroegst in 2030 het geval.
We kunnen hier al wel op vooruitlopen door in de kernen het gasnet te laten liggen en groengas als tussenoplossing te gebruiken.
Kan de infrastructuur die er voor gas, gasaansluitingen, is gebouwd, gebruikt worden voor het toepassen van waterstof als nieuwe en duurzame energiebron?
Jazeker, het bestaande gasnet is uitermate geschikt voor allerlei soorten gas, zoals aardgas, groengas of waterstof. Er zijn enkel aanpassingen in de woning zelf nodig; een andere cv-ketel en een ander gasfornuis.
Dit is een van de redenen dat het zonde is om nu grootschalig wijken van het aardgasnet te halen en de leidingen weg te halen.
Is de gemeente bereid om in een dergelijke toepassing, bijvoorbeeld om samen met windmolenparken overtollige energie om te zetten in waterstof als vervanging van gas, te investeren?
Dit is echter wel pas voor de toekomst: tot 2030 wordt er nog geen waterstof geproduceerd op een grootschalige en groene manier, met duurzame energie. Hiervoor zijn er nog onvoldoende windmolens en zonnepanelen. Met de weerstand tegen deze opwek van duurzame energie is bovendien nog maar de vraag of deze wel in Nederland geproduceerd kan worden. Het kan best zo zijn dat we in de toekomst waterstof gaan importeren uit bijvoorbeeld Noorwegen of de Sahara.
Bovendien wordt waterstof in eerste instantie vooral gebruikt in de zware (chemische) industrie, waar er weinig tot geen andere alternatieven zijn. Denk aan Chemelot.
Over het accu-probleem: waterstof is een technisch en logistiek te prefereren accu-oplossing. Wordt waterstof op dit moment door de gemeente meegenomen in de oplossingen voor accu’s?
Omdat waterstof de eerste 8-10 jaar nog niet beschikbaar is voor de gebouwde omgeving (huizen en maatschappelijk vastgoed), is dit nog niet aan de orde. Waterstof functioneert als een energiegeleider, wat het een goede opslagmogelijkheid zou maken om energiepieken op te vangen.
Maar als je waterstof toch gaat uitrollen, wordt het naar verwachting in eerste instantie gewoon bijgemengd op het gasnet, om zo meteen het gasverbruik te verminderen in plaats van het elektriciteitsverbruik.
Een kerncentrale zou zeker kunnen bijdragen aan de ophoging van de elektriciteitsproductie die we de komende jaren en decennia nodig hebben. Voordeel van een kerncentrale is dat deze geen broeikasgassen uitstoot, en enorme hoeveelheden elektriciteit kan opwekken. De leveringszekerheid is groot en kernenergie kan piek- en dalmomenten opvangen.
Waarom dit nu niet gebeurt, heeft er in de eerste plaats mee te maken dat we hebben uitgesproken om af te willen van fossiele brandstoffen. Net als olie en aardgas is uranium een eindige brandstof, waarmee we ons bovendien afhankelijk maken van buitenlandse overheden.
Alternatieven als thorium en kernfusie zijn nog in de onderzoeksfase, en dus niet toepasbaar; laat staan betaalbaar. Daarnaast heeft de provincie Limburg een onderzoek laten uitvoeren en in Limburg is er nergens een geschikte locatie voor een kerncentrale. Dat staat nog los van de vraag welke gemeente een kerncentrale binnen haar grenzen wil hebben.
Financieel is het voorlopig ook niet haalbaar: het kost al miljarden om een gangbare uranium-kerncentrale te bouwen, die ook pas over 10 jaar klaar zal zijn. Tegen die tijd moeten we al de klimaatdoelen van 2030 gehaald hebben. Wind, zon en water zijn dus meer voor de hand liggende en betaalbaardere opties om groene energie te produceren, in ieder geval op de korte termijn.